Pasgeboren kinderen

1 Petrus 2:2  “ en verlangt als pasgeboren kinderen naar de redelijke, onvervalste melk, opdat gij daardoor moogt opwassen tot zaligheid”.


Iedereen heeft wel eens een baby’tje zien drinken bij zijn/haar moeder of uit de fles.  Zo’n mensje ligt er dan rustig bij en drinkt gulzig van de melk. Na afloop, en na het boertje, is de baby voldaan.  Dat is het beeld wat Petrus hier schetst, de vergelijking tussen een baby en een gelovige.


Een baby heeft vanzelfsprekend het verlangen naar voeding, melk. Drinken hoef je een baby niet te leren. Het is een natuurlijke behoefte! Blijft voeding achterwege dan huilt het kind. Christenen zijn mensen, die zijn wedergeboren. Ze zijn opnieuw geboren, als baby’s in het geloof, en hebben een nieuwe natuur, van boven, uit God gekregen. Deze nieuwe natuur heeft ook het natuurlijke verlangen naar voeding (net als een baby). Ook voor wedergeboren gelovigen is het een vanzelfsprekend verlangen om Gods Woord te lezen en te overdenken om zodoende geestelijk te groeien. Joh. 14:23 “ Indien iemand Mij liefheeft, zal hij mijn woord bewaren”.


In het begin van het leven van een baby drinkt het uitsluitend melk. Andere voeding kan het nog niet verdragen. Het bijzondere is, dat melk alles bevat wat een baby nodig heeft om te groeien, maar ook om weerstand op te kunnen bouwen tegen ziektes en infecties. Ook hier kunnen we de parallel trekken naar gelovigen. Wij hebben het Woord van God nodig, dat is ónze redelijke onvervalste melk. Gods Woord bevat alles, wat we nodig hebben om geestelijk te groeien en daarom weerstand te kunnen bieden tegen alles wat op ons afkomt.


In deze tijd komt er zoveel op ons af, waardoor onderscheidingsvermogen een noodzaak is. We kunnen ons verdiepen in allerlei zaken die op ons afkomen, zoals zaken op het occulte gebied, diverse geestelijke stromingen etc., zodat we gaan begrijpen wat de oorsprong daarvan is. Daar gaat het namelijk meestal om: waar komt het vandaan, wat is de bron? Het is fijn dat er mensen zijn, die zich hierin hebben verdiept en over nagenoeg elk onderwerp is wel een boekje of brochure geschreven, zodat het mogelijk is wat meer te weten te komen over de achtergronden. Toch kan dit ook heel vermoeiend zijn, er komt zo gigantisch veel op ons af dat het onmogelijk is om alles te lezen en ons erin te verdiepen.


We kunnen hier ook anders mee omgaan door dicht bij de Vader (de Bron) van het licht te blijven. Een belangrijke eigenschap van licht is dat het openbaart, zichtbaar maakt. Als we dicht bij Hem leven, dan zal het ons snel duidelijk worden als we met “duistere” bronnen te maken krijgen. Door Zijn Woord en Zijn Heilige Geest kan en zal Hij ons dit openbaren.


Een baby moet gaan groeien naar volwassenheid. Het zou niet normaal zijn als we een jaar of 20 na onze geboorte nog steeds uitsluitend melk zouden drinken. We zijn dan allang gegroeid naar volwassenheid. Hetzelfde geldt voor wedergeboren baby’s. We moeten in geestelijk opzicht gaan groeien, zodat we niet meer heen en weer geschud worden onder allerlei invloed van wind van leer, Ef. 4:14. Anders gezegd: de Here Jezus moet in ons zichtbaar worden.  Johannes de Doper had dit al begrepen toen hij zei : “Hij moet wassen, ik moet minder worden”.  We moeten geestelijke christenen worden, dus mensen die zich in hun dagelijks leven laten leiden door Gods Woord en Zijn Heilige Geest (dat wil zeggen vaste spijzen). Dit in tegenstelling tot vleselijke christenen, die weliswaar ook wedergeboren zijn, maar zich laten leiden door hun eigen natuurlijke gevoelens en verlangens ipv door God en Zijn Woord. Het zijn christenen die leven zonder vrucht te openbaren en daardoor God en zichzelf veel tekort doen! Ze missen de diepe innerlijke vrede die God geeft als we oprecht met Hem leven.


Het probleem zit altijd in de strijd tussen onze oude en nieuwe natuur. In Galaten 5 vers 19 e.v. lezen we over de verlangens of begeerten van onze oude natuur. Die staan lijnrecht tegenover de verlangens van onze nieuwe natuur!  De vraag is nu wie voeden we in ons dagelijkse leven onze oude of nieuwe “natuur”?  Gezond voedsel maakt ons gezond en sterk, ongezond voedsel heeft tot gevolg dat we verzwakken en ziek worden. Als wij ons voeden met gezond geestelijk voedsel, dan hoeven we ons ook geen zorgen te maken of we wel groeien, dit gaat dan vanzelf. En doen we het tegenovergestelde, dan zullen we zwakke christenen zijn en blijven!


Hoe gaat dit nu in de dagelijkse praktijk? We vinden hiervan een heel mooi voorbeeld bij Maria de moeder van de Here Jezus. Als de engel Gabriel in Lucas 2 vers 31 tegen Maria gezegd heeft dat ze zwanger zal worden en dat de Messias uit haar zal worden geboren spreekt ze de woorden “mij geschiedde naar Uw woord”. Deze woorden spreken van 2 aspecten nl. “mij geschiedde” en “naar Uw woord”. Door te zeggen “mij geschiedde” stelde Maria zich beschikbaar voor God, gaf zich aan Hem over en was bereid Hém Zijn werk in haar te laten doen.


Met de woorden “naar Uw woord” erkende ze haar volledige onderwerping aan wat God had gezegd. Ze geloofde wél dat God dit in haar kon en wilde doen. Wij weten dat nadat Maria zich aan de Here had overgegeven zij zwanger is geworden en dat de Here Jezus uit haar is geboren.


Nu werkt het in ons leven precies zo. Ook wij kunnen dat nieuwe leven, het Christusleven, nooit zelf bewerkstelligen, dat kan God alleen. Wat wij moeten doen is ons aan Hem onderwerpen, overgeven zodat Hij, door Zijn Heilige Geest, dat nieuwe leven in ons kan openbaren.


Gods Woord leert dat we van nature zondaars zijn, niet een beetje, maar helemaal. Dat betekent dus dat het nooit zal lukken om als christen te leven als we het zelf proberen. Ons hart is namelijk arglistig! ”Er is niemand rechtvaardig, ook niet één”! (Rom. 3:10). Daarom heeft God ons wedergeboren doen worden toen we tot geloof kwamen. Onze oude natuur is niet wat bijgeschaafd of verbeterd, nee die is gestorven met Christus toen we ons bekeerden. Op datzelfde moment zijn we ook met Christus opgewekt of opnieuw geboren. Vanaf het moment dat we tot geloof kwamen zag God ons in Christus aan én kwam Christus in ons. Hij wil Zichzelf in ons openbaren. We moeten onze nieuwe natuur (2Petr. 1:4) de ruimte geven. We moeten er rekening mee houden dat we voor de zonde dood zijn (Rom. 6:11), maar tegelijkertijd levend voor God in Christus. Deze nieuwe natuur is volmaakt, daarom schrijft Johannes in 1 Joh. 3:9 “en hij kan niet zondigen, want hij is uit God geboren”. Ons probleem is dat we niet leven vanuit de nieuwe, maar vanuit onze oude natuur. Hoe meer wij ons best doen, des te minder kan God door ons heen werken. We moeten ons leven verliezen, zodat we het zullen behouden. Leven als christen is tegennatuurlijk, daarom kunnen we dit nooit in eigen kracht!


We gaan steeds meer verlangen naar de vaste spijze, omdat we gesmaakt hebben dat de Here goedertieren is. Zo zal het ons vergaan, wanneer we als pasgeboren kinderen zijn wedergeboren en gaan drinken van die zuivere melk, Gods Woord, dan komt dat groeiproces op gang. Als we dan de smaak te pakken krijgen van die melk, dus besef krijgen van Gods oneindige liefde, overweldigende genade en zorg voor ons dan, kortom als we echt gesmaakt hebben dat Hij goedertieren is, dan krijgen we een brandend hart voor Hem, zoals de Emmaüsgangers. Mogelijk vergaat het ons dan als Jacob, de bedrieger, die zijn leven lang mensen bedrogen heeft. Hij trok nl. zijn eigen plan en hield geen of weinig rekening met God, totdat God ingreep in Jacobs leven en hem ging “omvormen”. Jacob leerde gaandeweg dat Hij echt goedertieren is, zodat er van Jacob staat geschreven dat hij aan het eind van zijn leven leunde op zijn staf en God aanbad. Het heeft een leven lang geduurd, maar God heeft Jacob enorm veranderd!  Dat ook uw en mijn leven een leven mag zijn waardoor God wordt geëerd, omdat we hebben geproefd dat Hij goedertieren is.

Terug naar document-overzicht
Dit artikel wordt u aangeboden door Stoelinga.
Mocht u vragen en/of opmerkingen hebben over dit artikel kunt u contact opnemen met de aanbieder.