Deze wereld gaat voorbij

 Bijbelstudie 3 november 1997

Op het moment dat deze regels worden geschreven is de financiële wereld in rep en roer, de aandelen kelderen en er zijn mensen die miljoenen guldens verliezen in een paar minuten. Vandaag, dinsdag 28 oktober, heeft de beurs in Amsterdam in het eerste halfuur meer dan 80 miljard gulden moeten inleveren! Toch zijn er mensen die dóór de beursval miljoenen guldens verdienen. Ook in christelijke kringen speculeert men op de beurzen en je vraagt je af wáár het hart in werkelijkheid ligt. Ogenschijnlijk is geld een bron van geluk maar als de economie nog enigszins zakt zal het aantal zelfmoorden stijgen. Deze wereld gaat voorbij met al haar begeren maar de rijkdom die de Here geeft heeft eeuwigheidswaarde.

 Mattheüs 6: 19-24
“Verzamelt ugeen schatten op aarde, waar mot en roest ze ontoonbaar maakt en waar dieven inbreken en stelen; Maar verzamelt u schatten in de hemel, waar noch mot noch roest ze ontoonbaar maakt en waar geen dieven inbreken of stelen. Want, waar uw schat is, daar zal ook uw hart zijn. De lamp van het lichaam is het oog. Indien dan uw oog zuiver is, zal geheel uw lichaam verlicht zijn; Maar indien uw oog slecht is, zal geheel uw lichaam duister zijn. Indien nu wat licht in u is, duisternis is, hoe groot is dan de duisternis! Niemand kan twee heren dienen, want hij zal of de ene haten en de andere liefhebben, of zich aan de ene hechten en de andere minachten; gij kunt niet God dienen en Mammon.”

Hoelang we hier nog op aarde zullen zijn weten we niet maar laat geld en goed niet uw positie in de eeuwigheid in de weg staan, de vrouw van Lot kón gered worden en toch kón en wilde ze de wereld niet loslaten, een wereld die haar rijkdom en aanzien gaf:

Genesis 19: 20-26
“Zie toch, gindse stad is dicht genoeg bij om daarheen de wijk te nemen; zij  is maar klein; laat mij toch daarheen vluchten; zij is immers klein? Dan zal  ik in het leven blijven. Toen zeide hij tot hem: Zie, ik zal u ook in dit opzicht ter wille zijn, dat ik de stad, waarvan gij gesproken hebt, niet zal omkeren. Haast u, vlucht daarheen, want ik zal niets kunnen doen, voordat gij daar aangekomen zijt. Daarom noemt men die stad Soar. De zon was over de aarde opgegaan, toen Lot te Soar aankwam. Toen liet de Here zwavel en vuur op Sodom en Gomorra regenen, van de Here, uit de hemel; En Hij keerde die steden om, benevens de gehele Streek, met al de inwoners der steden en het gewas van de aardbodem. Maar zijn vrouw, die achter hem liep, zag om, en werd een zoutpilaar”.

De vrouw van Lot mocht mee maar twijfelde en kon die wereld niet loslaten, we moeten niet denken dat ze achterbleef omdat ze “alleen” maar keek, maar ze “keek” omdat ze gebonden was aan die steden, misschien bleven er kinderen achter, misschien trokken de vele bezittingen maar wat het ook moge zijn, ze kon de wereld niet loslaten.

Hoe zit het met ons, leven we half in de wereld en half bij de Here? Toch kunnen we geen twee heren dienen en zullen we op het cruciale moment de ene liefhebben en de andere haten.

Werkgroep ”Bijbel:Aktueel”

Terug naar document-overzicht
Dit artikel wordt u aangeboden door Het BijbelArchief.
Mocht u vragen en/of opmerkingen hebben over dit artikel kunt u contact opnemen met de aanbieder.